Onze ervaring met verandertrajecten binnen zorginstellingen toont aan dat echte beweging pas ontstaat wanneer je start met en bij de zorgprofessionals op de werkvloer. Vanuit het perspectief van patiënten/cliënten. Niet door top-down voor te schrijven wat er anders moet, maar door samen te ontdekken wat er mogelijk is. Bij zorgprofessionals zit immers veel creativiteit en oplossend vermogen, maar die boor je niet aan met abstracte ambities.
Wil je verandering teweeg brengen, dan moet je heel concreet met elkaar formuleren welk gedrag je wilt zien. Alleen als je het kunt voordoen, kunnen anderen het nadoen. Daarom is het belangrijk om met elkaar in gesprek te gaan over echte praktijksituaties, met herkenbare dilemma’s, rondom thema’s zoals ‘een persoonsgerichte benadering’. Deze gesprekken vormen de kaders voor interpretatie van abstracte thema’s en juist die interpretatie bepaalt uiteindelijk het handelen in de dagelijkse zorgpraktijk. Het voeren van deze gesprekken en het doorvertellen in de organisatie blijkt een krachtig instrument te zijn in het realiseren van een organisatiestrategie.

Narratieve strategierealisatie
Het ver-halen (als werkwoord!) brengt zorgprofessionals en cliënten/patiënten onderling bij elkaar, in dialoog. Daarnaast laat het professionals van elkaar leren, door te verhalen zetten ze elkaar aan het denken. Wij noemen dit de narratieve benadering. Bij verhalen denkt men vaak aan storytelling, aan droombeelden en best practices. Wij bedoelen met verhalen de ruwe (‘gewone’) versie van wat medewerkers en cliënten beleven tijdens het werk.
Echte verhalen. Ze raken het hart, niet alleen het hoofd. Ze geven betekenis, ze verbinden en ze maken dat iedereen in de organisatie zich gehoord voelt. Verhalen zijn bovendien begrijpelijk en concreet: ze maken op gedragsniveau duidelijk wat je in de toekomst meer (of minder) zou willen doen. Geen abstracte vaagtaal, maar heldere voorbeelden van hoe je gezamenlijk zou willen dat de toekomst eruit gaat zien. Ze zijn een bron van waaruit mensen en organisaties tot ongekende prestaties komen. Apple, Virgin, Tesla en, dichterbij, Bol.com en Coolblue zijn hier mooie voorbeelden van.
In gesprek over echte verhalen
De narratieve benadering bestaat uit acht gestructureerde stappen, waarin echte praktijkverhalen worden verzameld vanuit de hele organisatie door middel van groeps- en individuele gesprekken. Dit wordt gedaan door een eigen ‘verhalenteam’ dat methodisch te werk gaat binnen (en rondom) de eigen organisatie. Het is een interventie op zich als bindmiddel voor betrokkenheid en draagvlak. Het is belangrijk dat de verhalen voldoen aan drie zaken:
- Er is iets aan de hand (spanning).
- Er gebeurt iets onverwachts (handeling/ontwikkeling).
- Er is een uitkomst (afloop).
De verhalen kunnen vervolgens op diverse manieren worden ingezet:
- Intervisieverhalen - impactvolle verhalen die persoonlijk zijn of zonder toelichting de verkeerde indruk kunnen wekken.
- Voorbeeldverhalen – parels, laten voorbeeldgedrag zien dat aansluit bij de strategie.
- Dilemmaverhalen - laten de reflectie en het experimenteren tussen oud en nieuw gedrag zien, lokken dialoog en discussie uit.
- Verkeerde verhalen - laten zien dat het niet altijd vanzelf goed gaat.
- Marketingverhalen - zijn extern voor promotie en werving/selectie te gebruiken: inspiratie en draagvlak.
De intervisie- en dilemmaverhalen leveren daarbij de grootste impact. Deze verhalen laten namelijk zien dat er niet ‘één vorm’ is van ‘de cliënt centraal zetten’, maar dat elk cliëntenbezoek, elk spreekuur of elke avonddienst weer zoeken is naar wat bijvoorbeeld ‘passende zorg’ is.
Inspirerende verhalen doorvertellen
Een inspirerend verhaal dat wordt doorverteld beïnvloedt de manier van kijken en handelen veel meer dan een beleidsplan. Een mooi voorbeeld hiervan is een dilemmaverhaal dat werd verteld door een wijkverpleegkundige in Gelderland. Bij veel van haar cliënten hangt er een zogenaamd sleutelkastje voor de deur; voor in noodgevallen. Maar als je tien minuten hebt voor deze cliënt, wat doe je dan? Gebruik je dan die sleutel om snel naar binnen te gaan, zodat je meer tijd hebt om door te brengen met ‘jouw’ cliënt? Of laat je de cliënt de deur openen, omdat hij moeilijk ter been is en het heel goed is voor zijn beweging om naar de deur te lopen? En dat dat natuurlijk ook zijn autonomie is. Ook als dat vier minuten duurt?
Reflecteren op wat er echt toe doet
Volgens ons is dit de essentie van strategie én executie: gesprekken voeren over de dagelijkse werkzaamheden en alle keuzes die iedereen constant maakt. Reflecteren op wat er echt toe doet. Opvattingen uitwisselen over wat er wel en niet mogelijk is. En daardoor leren en je gedrag op aanpassen. Daar komen strategie-ontwikkeling en strategie-executie samen. Samen geef je betekenis aan de zorg van morgen.
Meer weten?
Wil jij met mij verder praten over hoe we met de narratieve benadering jouw organisatie kunnen helpen? Lees vooral het whitepaper over narratieve strategie-ontwikkeling of neem vrijblijvend contact met mij op.