Na het invullen van de test ontvang je een persoonlijk profiel. Bij het beschrijven van de activiteiten die horen bij het managen, is gekeken naar het element dat de essentie van het handelen van de manager weergeeft. Bij de hoofdindeling wordt gesproken over de “oriëntatie” . Daarmee wordt benadrukt dat het gaat om een “gerichtheid van de acties” als intentie en oogmerk. Het geeft weer waar in het handelen de nadruk op ligt.

Er is daarbij sprake van een vierdeling, namelijk:
Actieoriëntatie | Gericht op zelf een activiteit uitvoeren om een resultaat of prestatie te realiseren. |
Inhoudelijke oriëntatie | Gericht op het primaire voortbrengingsproces, de inhoud van het proces, de dienst zelf. Inhoud van het werk staat centraal. |
Interactieoriëntatie | Gericht op het samen werken met anderen. Focus op uitwisseling en in contact zijn met anderen. |
Machtoriëntatie | Gericht op het beïnvloeden van anderen, vanuit machtsbronnen, persoonsmacht en positiemacht. |
Dit profiel laat jouw voorkeur zien van managen. Hoe scoor jij op de vier onderdelen die horen bij managen? Daarbij staat niet zozeer de plek van de manager of het zelfsturende team centraal, maar gaat het om het werk wat bij managen hoort. Het geeft een beeld wat jij daarin belangrijk vindt en wat jouw voorkeur is. En dat helpt met het organiseren van het werk. Want jouw voorkeur kleurt hoe je daar tegen aankijkt. En geeft ook houvast in het ontwikkelen van jouw manier van managen.
Deze test is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek naar het handelen van managers (Martijn Jansen, 2018).