Voor de aanstaande verkiezing van de Tweede Kamer hebben alle politieke partijen inmiddels hun verkiezingsprogramma gepubliceerd. Wij hebben hierover geschreven in onze blogs ‘Wat wordt het zorgbeleid van het nieuwe kabinet?’ en ‘Hoe gaat het nieuwe kabinet de zorg sturen?’. We concludeerden dat er tussen de verschillende partijen consensus bestaat over de wenselijkheid van een robuuster zorgsysteem. Maar over de manier waarop dat gestalte moet krijgen lopen de meningen nogal uiteen. Een robuust zorgsysteem kan alleen bestaan bij de gratie van robuuste zorginstellingen. En juist over deze robuustheid wordt in de verkiezingsprogramma’s weinig gezegd.
Toegevoegd door Hans Westerveld op 12 februari 2021
De robuustheid van een zorginstelling wordt door veel factoren bepaald. Eén daarvan willen we eruit lichten: de robuustheid van het zorgvastgoed. De coronacrisis leidt maatschappelijk tot de verwachting dat zorginstellingen extra capaciteit opbouwen om snel op te kunnen schalen in crisistijd. En dat zou dan weer een extra eis zijn aan de huisvestingscapaciteit, die toch al met de nodige uitdagingen wordt geconfronteerd als het gaat om robuustheid in bredere zin.
Ook voor de coronacrisis waren er al discrepanties tussen de huidige zorgprocessen en het (vaak verouderde) zorgvastgoed:
Het zorgvastgoed moet ook worden verduurzaamd, ook al staat dit vaak nog niet zo hoog op de bestuurlijke agenda. Het is verleidelijk dit vraagstuk nog een tijd vooruit te schuiven. Maar bij de eerstvolgende aanvraag van een omgevingsvergunning voor een ingrijpend bouwproject wordt de instelling dan geconfronteerd met allerlei maatregelen, die om extra investeringen vragen. En bij nieuwbouw vertalen duurzaamheidseisen zich ook in extra investeringen.
Ontwikkelingen als de Juiste Zorg op de Juiste Plek en Passende Zorg dwingen om anders na te denken over de functie van het zorgvastgoed. Een deel van de ziekenhuiszorg wordt verplaatst naar de thuissituatie. Door domotica kunnen ouderen langer thuis wonen. Videoconsulten nemen, mede door de coronacrisis, een vlucht. En doordat er meer thuis wordt gewerkt veranderen ook de eisen aan de kantoorfunctie van het vastgoed. Dit alles betekent dat er anders gebouwd en verbouwd moet gaan worden, in elk geval compacter en flexibeler en met meer inzet van technologie.
Zo zien we dus vier soorten eisen aan het vastgoed van zorginstellingen:
Als gevolg hiervan staan veel instellingen, op de korte of iets langere termijn, voor een stevige investeringsopgave als het om hun vastgoed gaat. Onderzoeken van onder andere BDO Accounts & Adviseurs en EY hebben aangetoond dat de meeste instellingen niet over voldoende financiële speelruimte beschikken om alle opgaven gefinancierd te krijgen. Veel bestuurders in de zorg breken zich dan ook het hoofd over de vraag hoe ze de vernieuwing van hun vastgoed moeten betalen. De ervaring in onze adviespraktijk is dat het helpt om te zorgen voor balans tussen de volgende factoren: strategie, huisvesting, financiën.
Het is de opgave om, in een iteratief proces, evenwicht te vinden tussen deze drie factoren. Hierbij worden variaties in de ene factor vertaald in wijzigingen in beide andere factoren, totdat er een realistisch evenwicht is bereikt.
Het gaat daarbij om de volgende vragen:
Zelfs met het zorgvuldig balanceren binnen deze driehoek is het de vraag of betaalbare en toekomstgerichte huisvesting overal mogelijk is. Hier lopen de wegen voor de verschillende sectoren waarschijnlijk uiteen. Voor de voorzieningen die meer op de care gericht zijn geldt dat er vanuit de samenleving een stabiele zorgvraag is. De behoefte aan plaatsen in verpleeg- en verzorgingshuizen neemt bijvoorbeeld toe, ondanks alle pogingen mensen langer thuis te laten wonen. En ook voor andere sectoren in de care geldt, dat er voor de ouder wordende cliënt behoefte zal zijn aan intramurale voorzieningen.
Maar voor de ziekenhuizen ziet de toekomst er minder rooskleurig uit. Bestaande huisvesting is niet zomaar compacter te maken en vaste lasten lopen meestal door. Nieuwbouw kan compacter, maar dan moeten de kosten wel gelijke tred houden met de mogelijk lagere omzet. Het wordt nog nijpender als ziekenhuizen gevraagd worden om te investeren in voorzieningen die het opschalen van de zorg in tijden van nood mogelijk maken.
Het was al zeer de vraag of ziekenhuizen in de pre-coronatijd hun huisvesting voldoende robuust konden maken. Alleen daarom al is het een illusie om te denken dat instellingen ook nog eens zelf zorg gaan dragen voor overcapaciteit wanneer die niet wordt betaald uit een extra beschikbaarheidsvergoeding. Daarover lezen we nog niets in de verkiezingsprogramma’s. En daarmee lijk de gewenste robuustheid als het gaat om vastgoed vooralsnog niet veel meer dan een vrome wens.
In ons laatste blog gaan we specifieker in op de arbeidsmarktproblematiek.
Het vervolg als eerste ontvangen? Vul dan onderstaand formulier in. Wil je in de tussentijd hierover doorpraten, neem dan contact met één van ons op.
Andere blogs in deze reeks: