Managen in maatschappelijke transities
  1. kennisbank
  2. Managen
  3. Managen in maatschappelijke transities

Hoe kun je als manager de dualiteit overwinnen?

Sommige organisaties draaien zich vast, terwijl andere, onder gelijke omstandigheden, excelleren. Hoe kan dat? Douwe Schuhmacher, interimmanager en auteur van het boek ‘Duurzaam Managen’ zoekt het in de balans tussen persoonlijke en collectieve groei

Dit artikel is gebaseerd op de tweede bijeenkomst van de TwynstraGudde Management Community (5 april 2024). Dit is een community van junior, medior en senior managers en managers in opleiding, al dan niet verbonden aan TwynstraGudde. Doel is inspiratie en uitwisseling van kennis en ervaring. Managers van verschillende organisaties die toch vaak aan dezelfde vraagstukken werken, versterken elkaar.
Lees verder Samen beter worden in ons vak

De volgende bijeenkomsten van de TwynstraGudde Management Community zijn op 20 juni 2024 (‘Door de X-curve’) en op 11 oktober 2024 (‘Management van generaties’). Geïnteresseerd? Volg dan onze community.  .

Dominantie en dwang werken niet. Om een organisatie duurzaam te laten groeien, moet je als manager je eigen mening voor je durven houden. En daarvoor moet je in je kracht staan.

Persoonlijke bril

Iedereen schreeuwt tegenwoordig zijn of haar mening de wereld in. Niet beseffend dat een mening een persoonlijke bril is: een perspectief, gekoppeld aan een niveau van bewustzijn van waaruit je naar de wereld kijkt. Heel effectief is het niet, zeker niet als je leiding wilt geven aan een organisatie. Douwe Schuhmacher: 'Veel mensen zitten vast in een wereld van conflicterende meningen. Als je mensen vanuit hun kracht wilt laten samenwerken, werkt dat niet.'

Nieuw paradigma

Wat moet je als manager met dat inzicht? Douwe graaft daarvoor een heel stuk dieper. Hij koppelt het persoonlijke met het organisatorische. Hij verbindt wetenschappelijke met spirituele inzichten, vertaalt die naar het domein van mens en organisatie en ontwikkelt daarmee een nieuw paradigma: een andere manier om naar de wereld te kijken. Vanuit innerlijke kracht kan een persoonlijk leider bouwen aan een gemeenschappelijk beeld en daarmee een organisatie laten groeien. 

Autonome keuzes

De innerlijke kracht moet je niet verwarren met een sterke mening. Je eigen mening de wereld in schreeuwen, is een voorbeeld van geconditioneerd gedrag. Veel mensen met een eigen mening denken dat ze een vrijdenkend individu zijn, maar vaak blijkt dat negentig procent van ons gedrag geconditioneerd is. Een autonome keuze stoelt op zelfbewustzijn, voorstellingsvermogen, geweten en vrije wil. Douwe: 'Als je mensen uitdaagt vanuit een autonome keuze een bijdrage te leveren aan het collectief, boor je een enorme toegevoegde waarde aan.'

Alles is energie (M=E/c2)

Een ander inzicht voert terug naar Einstein. Aan de hand van zijn relativiteitstheorie legt Douwe uit dat alle materie energie is. Vanuit de spirituele literatuur definieert hij verschillende energielagen: fysieke energie, emotionele energie, mentale energie, identiteitsenergie en spirituele energie. De bewuste ‘jij’ kijkt dóór de energielagen naar de wereld en vormt op deze manier een persoonlijkheid die jouw reacties op de wereld bepaalt. 'Een mens neemt waar in de vorm van energieën die worden omgezet naar beelden. Maar omdat je een energetisch wezen bent straal je ook energie uit. Met de uitgaande en inkomende energie bouw je een nieuw energiepatroon op dat je in eigen beelden en percepties omzet. Hierdoor draagt ieder mens een persoonlijke bril, zonder zich hiervan bewust te zijn. Perceptie is dus een actief proces.' In zijn boek koppelt Douwe de inzichten uit de wereld van spiritualiteit met de wereld van organisatiekunde. 'Waardoor verkeert het ene bedrijf in crisis, terwijl het andere, onder gelijke omstandigheden, excellent presteert? Je moet alle energieniveaus langs om de juiste analyse te maken.'

Managen-vier energie of bouwlagen

Van crisis naar crisis

Vooral in een professionele of bureaucratische fase lijkt een organisatie gevoelig voor crises. Als er in die fase te weinig persoonlijk leiderschap is, kan zich een neergaande ontwikkelingsspiraal inzetten. Wat je vaak ziet is dat de druk wordt opgevoerd om doelen te behalen. Het gaat dan echter niet meer om toegevoegde waarde, maar om targets. Het wordt steeds lastiger om de energie vanuit vrije wil aan te boren en mensen te motiveren. Er zijn steeds meer mensen die overal iets van vinden en zich achter hun mening verschansen. Er zijn volgers en bepalers. Er zijn managers met hele sterke percepties, dwingend. Er ontstaat een angstcultuur en er gaat energie en tijd verloren aan controles. De organisatie gaat van crisis naar crisis.

Managen-ontwikkelingsstadia van organisaties

Gemeenschappelijkheid

Als interimmanager heeft Douwe nogal eens met zulke situaties te maken: “Ik ga dan met de mensen in gesprek en maak de analyse op alle energieniveaus. Wat is het collectieve beeld en welke lessen zijn hieruit te trekken? Daarna is het de kunst om met de organisatie een nieuw gemeenschappelijk beeld op te bouwen. Niet vanuit dualiteit, maar vanuit het hart. Wat is de stip op de horizon? Een duidelijke visie geeft een enorme kracht. Als mensen vanuit hun intenties, visies en gevoel zich met dit gemeenschappelijke beeld kunnen verbinden, ontstaat een opgaande ontwikkelingsspiraal. Laat de resultaten los. Geef je over aan het proces.” 

Het oude loslaten

Hoe zorg je er nu voor dat mensen door zo’n transformatiefase met je mee gaan? Dat ze het oude loslaten? Douwe: 'Door het nieuwe op te bouwen. Dan gaan de meeste mensen het oude vanzelf loslaten. Je hebt zestig procent van de mensen nodig. Als die de beweging maken, gaat de rest wel mee. Dan is er ook tien procent die de beweging niet maakt. Daar verspil ik geen aandacht aan, op een gegeven moment is het ook klaar, maar ik ga wel met hen in gesprek. Velen halen bakzeil, maar sommigen gaan ook weg. Dat is de realiteit.'

Idioot 

Een zweverig verhaal? 'De tijden zijn veranderd. Vijftien jaar geleden werden managers geselecteerd om topdown, desnoods met geweld organisaties in het gareel te brengen. Maar in moderne organisaties werkt dat niet meer. Vooral ook de jongere generatie heeft een kritische instelling. Jongeren willen hun ei kwijt. Die willen verantwoordelijkheid nemen. Zij stromen snel in, maar je bent ze ook heel snel weer kwijt. Vijftien jaar geleden had ik dit verhaal niet durven vertellen. Ik zou voor idioot zijn verklaard. De afgelopen jaren heb ik deze visie eerst zelf grondig in de praktijk getest. Uit eigen ervaring weet ik dat het werkt. De tijd is nu rijp om ermee voor de dag te komen.'