Welke organisatievorm kies ik?
  1. kennisbank
  2. Organisatiekunde
  3. Welke organisatievorm kies ik?

Nieuwerwets organiseren- zes mogelijke basisvormen

In Nederland is recentelijk een onderzoek gedaan naar nieuwe organisatievormen in de praktijk. De onderzoekers troffen zes varianten of basisvormen aan.

Zes mogelijke basisvormen

De eerste basisvorm is loslaten. Zo werkt Sensire nu met zestig procent minder management dan voorheen en zijn er twee managementlagen tussenuit gehaald. De organisatie functioneert er, na wat opstartproblemen, alleen maar beter door. Er is ruimte voor de professional geschapen en er is meer ruimte voor eigen initiatief. Zaken als beloning worden overigens nog altijd wel centraal geregeld. Soms voelen medewerkers zich in een managerloze organisatie onveilig. Hiërarchie biedt ook veiligheid en die valt weg. Er ontstaat ook veel meer onderlinge concurrentie en lang niet iedereen kan daarmee omgaan.

Vrij diametraal tegenover loslaten staat protocolleren. Het gros van de activiteiten binnen de organisatie ligt dan vast. Een ziekenhuis is er een goed voorbeeld van. Er zijn heel veel handelingen nodig die in een strak regime uitgevoerd moeten worden. Protocollen betekenen niet per definitie dat vrijheid wordt ingeperkt. Binnen kaders kunnen mensen juist hun professionaliteit inzetten. Het verbetert de kwaliteit van het proces. Nadelen hierbij zijn wel dat er minder autonomie is, bureaucratisering op de loer ligt en innovatie kan worden beperkt.

De derde basisvorm is cultiveren. Cultuur is dan dominant en biedt veiligheid. Veel familiebedrijven zijn er een voorbeeld van. Werknemers tonen vaak veel commitment in dit soort organisaties. Ingenieursbureau Witteveen + Bos wordt als voorbeeld aangehaald. Aandelen zijn in handen van het personeel en dat zorgt voor binding. De keerzijde is dat groupthink op de loer ligt. Veel familiebedrijven innoveren ook onvoldoende omdat ze vasthouden aan het oude.

De vierde vorm is parallel schakelen. Twee uitersten worden gecombineerd: het bestaande en het nieuwe. Een hybride organisatie dus. Bureaucratie vecht dan met innovatie. Die twee grootheden kunnen elkaar bijten, maar ook versterken.’

Keuzevariant vijf is verbinden. Het is de zwerm zzp’ers die samengaat om een vuist te maken tegen grotere concerns. Extreem flexibel, maar de vraag is of het duurzaam is. Afspraken zijn lastig te maken.

De zesde variant is virtualiseren. Er gaat meer en meer via internet en digitale kanalen. De wereld wordt het speelveld. De omgangsvorm met klanten en partners verandert. Sociale media verdringen klassieke communicatie en marketing. De vraag ligt voor de hand of deze laatste variant het dominante nieuwerwetse model gaat vormen gezien de ontwikkeling van internet. IT gaat hoe dan ook een veel dominantere rol spelen.