Wanneer zetten we programmamanagement in?
  1. kennisbank
  2. Programmamanagement
  3. Wanneer zetten we programmamanagement in?

Focus op doelen met programmamangement

Een programma is een tijdelijke manier van samenwerken, gericht op het nastreven van bepaalde doelen, die bijdragen aan het verwezenlijken van de strategie van de organisatie(s).

Programmamanagement is het zodanig aansturen van een programma dat de doelen ook daadwerkelijk dichterbij komen op een manier die aansluit bij de eisen en wensen van de belanghebbenden. 

In programma’s werken mensen op een bijzondere manier samen aan het nastreven van belangrijke doelen en daarvan afgeleide baten. Denk bijvoorbeeld aan het vergroten van de klantgerichtheid onder medewerkers, het terugdringen van de criminaliteit onder jongeren in een stad, het verlagen van het aantal fouten in een productieproces, of het vergroten van de bereikbaarheid van een stad of regio. Het gaat om doelen die volgens de betrokkenen tijdelijk extra, speciale aandacht vragen. Meestal omdat de kans groot is dat ze anders niet of niet voldoende dichterbij komen. Of omdat het te traag gaat of te veel kost. 

Een programma is dus eerst en vooral een manier van (samen)werken aan een verandering. Iets een programma noemen is daarbij niet zo ingewikkeld en ook niet zo spannend. Waar het om gaat, is dat je consequenties verbindt aan de keuze om programmamanagement toe te passen. Wat ga je dan anders doen dan normaal en waarom is dat slim? Eén van die consequenties is dat de opdrachtgever, programmamanager en belanghebbenden expliciet maken wat de doelen zijn die ze willen nastreven, welke strategie ze daarbij hanteren en wat het vraagt van de mensen die aan het programma meewerken.

Wij onderscheiden in onze benadering van programmamanagement acht thema’s, te weten:

  • Kiezen: wanneer en waarom zou u kiezen voor een programmatische aanpak?

  • Programmeren: hoe komt u tot een inhoudelijke aanpak voor een programma? 

  • Besturen: hoe plant, monitort en stuurt u op de voortgang van een programma? 

  • Beslissen: hoe geeft u besluitvorming in en over een programma vorm? 

  • Organiseren: hoe richt u de organisatie van een programma in?

  • Samenwerken: hoe komt u tot goede samenwerking voor een programma? 

  • Leidinggeven: hoe ziet de leidinggevende rol van de programmamanager eruit?

  • Ontwikkelen: op welke manieren verbetert u het programmatisch werken in uw organisatie?

Bovendien kennen we programma’s vier stadia toe, namelijk:

  • Oriëntatiestadium: in dit stadium ligt de keuze voor om wel of niet een programma te starten.

  • Opbouwstadium: dit stadium is gericht op het vormgeven van het programma in alle facetten.

  • Uitvoeringsstadium: in dit stadium is alles gefocust op het realiseren van doelen, baten en inspanningen.

  • Afbouwstadium: dit is gericht op overdracht van opbrengsten en beëindiging van het programma.