De coronacrisis is voelbaar in alle onderdelen van de samenleving. We zijn van een "intelligente lockdown" naar een "intelligent herstel" gegaan. Voor veel Nederlanders blijft de gemeente het eerste aanspreekpunt. Wat zijn de (mogelijke) gevolgen van deze crisis op gemeenten?
In de zorg en in het openbaar bestuur wordt met man en macht gewerkt om iedereen de beste zorg of ondersteuning te geven en de crisis onder controle te krijgen. Gemeenten hebben in de brede omvang van hun takenpakket te maken met de coronacrisis. Niet alleen waar het de formele taken ten aanzien van crisisbestrijding betreft, maar ook waar het gaat om lokale zorg en de lokale economie. Op deze pagina staan we, in de vorm van een impactanalyse, stil bij de (mogelijke) gevolgen van de coronacrisis op gemeenten en schetsen wij hoe je, als gemeente, hier mee om kunt gaan. We behandelen de volgende aandachtsgebieden:
Sinds het kabinet op 15 maart 2020 verregaande maatregelen aankondigde, wordt Nederland bestuurd door 25 ‘superburgemeesters’. Deze burgemeesters, vaak van de grotere gemeenten, zijn voorzitter van de Veiligheidsregio in hun omgeving en zijn op grond van de Wet veiligheidsregio en de Wet publieke gezondheid belast met bovenlokale crisisbestrijding. Daarnaast blijven een aantal andere taken ook nog doorgang vinden, zoals de taak van voorzitter van het college en de raad en deelname van bestuurders aan regionale samenwerkingsverbanden, anders dan veiligheid en crisisbeheersing.
De burgemeester is als crisismanager en als sociale verbinder het boegbeeld van de lokale crisisaanpak. De ‘superburgemeesters’ zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de noodverordeningen en fungeren als liaison tussen het Rijk en de regio. Bij de overige burgemeesters leven dezelfde vragen, maar zij zijn in grote mate - toch vaak – van de grote nabijgelegen gemeenten afhankelijk. De tweede tranche aan maatregelen van het kabinet heeft ervoor gezorgd dat burgemeesters beter zijn geëquipeerd. De extra, aangescherpte maatregelen bieden mogelijkheden tot lokaal maatwerk door - waar nodig - lokaal een samenscholingsverbod af te kunnen kondigen. Wederom vraagt dit om extra inzet en capaciteit van politie en gemeentelijke handhaving.
Voor bestuurlijk leiderschap is het belangrijk om vertrouwen uit te stralen, gebaseerd op nabijheid, transparantie en voortvarendheid, voor inwoners, medewerkers en hulpverleners. Maar wees ook kwetsbaar: het betreft een onzekere periode, terwijl er veel zekerheid wordt gevraagd. Dat levert soms een onbevredigend antwoord op, maar dat is wel het enige antwoord.
Even leek het alsof de aangescherpte maatregelen ook gevolgen hadden voor bijeenkomsten van de volksvertegenwoordiging en daarmee voor de democratische besluitvorming. Maar uit de Kamerbrief blijkt dat er een uitzondering is gemaakt voor onder andere bijeenkomsten van gemeenteraden, op voorwaarde dat raadsleden onderling de regel van 1,5 meter afstand naleven. De andere vorm van vergaderen heeft consequenties voor de besluitvorming in de raad en de gemeentelijke vergadercyclus. Het kabinet kwam binnen twee weken met een tijdelijke wet die digitaal vergaderen mogelijk maakt. Op 7 april stemde ook de Eerste Kamer in met de Spoedwet die digitaal vergaderen mogelijk maakt.
Toch is in veel gemeenten de kadernota opgeschort, omdat keuzes voor de toekomst pas mogelijk zijn als de daadwerkelijke gevolgen van de coronacrisis beter in beeld zijn gebracht. Het volgende vraagstuk waar gemeenten zich over moeten buigen is hoe te komen tot een begroting voor het komend jaar.
De coronacrisis heeft een stok tussen de wielen van de Nederlandse economie gestoken waardoor deze plotseling tot stilstand is gekomen, met alle gevolgen van dien. De maatregelen treffen de Nederlandse economie hard. De horeca en veel zzp’ers zijn in het hart getroffen. Daarnaast kampen veel ondernemers met een drastisch teruggenomen vraag. De Nederlandse economie piept en kraakt.
Het kabinet kwam vrijwel daags na de aangescherpte maatregelen met een omvangrijk steunpakket om bedrijven te helpen bij het overbruggen van de coronacrisis. Het kabinet heeft een voorschot uitgekeerd van € 250 miljoen zodat gemeenten nu al aan de slag kunnen. Gemeenten inventariseren momenteel wat zij zelf kunnen doen om ondernemers te helpen bij het overbruggen van deze crisis.
Op de korte termijn staan gemeenten aan de lat om ervoor te zorgen dat een deel van deze steunmaatregelen wordt uitgevoerd. Zzp’ers kunnen zich voor de TOZO namelijk tot gemeenten wenden. Het strekt tot aanbeveling om bij het regelen hiervan rekening te houden met tenminste drie facetten: organisatie-inrichting, bemensing en financiën.
De coronacrisis vraagt veel van medewerkers in het sociaal domein. Sinds de decentralisaties van 2015 staan gemeenten aan de lat. De maatregelen die het kabinet genomen heeft om de coronacrisis aan te pakken, leiden soms tot meerkosten in het sociaal domein. Het kabinet heeft toegezegd deze kosten te compenseren.
Ook voor het sociaal domein geldt dat de werkzaamheden niet altijd op de gebruikelijke locaties kunnen plaatsvinden; dat heeft effecten op de zorgverlening. De risico op uitval van vraag of personeel is groot. Dat heeft weer effecten op de omvang van de zorg. Ook voor dienstverleners in het sociaal domein is het van belang dat de liquiditeit op orde blijft. Het voornemen is dat het Rijk en de VNG nog voor de zomer met elkaar in gesprek gaan over de compensatiemogelijkheden als gevolg van de coronacrisis.
Ook op het gebied van gemeentelijke zorgtaken strekt het tot de aanbeveling om de facetten organisatie, bemensing en financiën goed in de gaten te houden:
Alles overziend, wordt er een enorme flexibiliteit gevraagd van medewerkers van gemeenten. Die inzet en veerkrachtigheid komen in eerste instantie de crisisorganisatie ten goede van waaruit met ziel en zaligheid wordt gewerkt om iedereen de juiste zorg te geven en ervoor te zorgen dat de epidemie zo beheersbaar mogelijk blijft. Tegelijkertijd moeten reguliere processen doorgang blijven vinden.
Het is daarom noodzakelijk om te prioriteren. Dat begint met het inzichtelijk maken van wat nu moet en wat later kan. Door onderscheid te maken tussen de need to haves en de nice to haves, ontstaat er overzicht en kan het gemeentelijk management sturen op wat er moet gebeuren. Een belangrijke afweging daarbij is te kijken naar wat er thuis en wat er online mogelijk is. Dat vraagt ook om flexibiliteit van medewerkers die nu letterlijk moeten flexwerken.
Belangrijk hierbij is ook dat leidinggevenden niet alleen een verantwoordelijkheid dragen voor reguliere processen, maar ook voor een deel van de organisatie.
De rol van de overheid is de afgelopen jaren veranderd. De politieke teneur leidde tot een kleinere overheid, en een overheid die steeds meer ruimte bood aan de samenleving om te participeren. ‘Participatiesamenleving’ was in 2013 nog het woord van het jaar. De tendens was om burgers meer zelf te laten doen of in sommige gevallen dingen over te nemen, bijvoorbeeld via right to challenge- initiatieven. Een rol van de overheid verschilt per opgave en per fase van de opgave.
In een paar weken tijd is de rol van de overheid enorm veranderd. Het Britse weekblad The Economist heeft het over de terugkeer van big government en de Leviathan rising. Sinds het uitbreken van een wereldwijde epidemie worden wereldwijd door overheden interventies gepleegd om de crisis in te dammen en de economie het hoofd te bieden. De maatregelen verschillen uiteraard per land en dus per politieke cultuur. Maar de onderliggende trend is in Europa dezelfde: overheden beperken het openbare leven door ingrijpende maatregelen. Die beperkingen zijn nodig voor de volksgezondheid en voor het stoppen van de pandemie.
Dát de overheid ingrijpt, staat vrijwel niet ter discussie. Maar de omvang van het ingrijpen door de overheid, doet vermoeden dat ook in de wereld na corona, de overheid een voorname rol gaat spelen. De Verenigde Naties en de welvaartstaat kwamen voort uit crises. Ook extra regelgeving voor kapitaalbuffers voor banken kwamen voor uit een crisis. Allemaal overheidsingrijpen dat, met een crisis nog in het achterhoofd, als vanzelfsprekend werd gezien.
Het overheidsapparaat draait op volle toeren. Het komende jaar zullen belastinginkomsten tegenvallen, terwijl de overheidsuitgaven stijgen. In de periode daarna moet het huishoudboekje van het Rijk weer op orde worden gebracht. Gelet op de financieringswijze van de overheid, gaat dat gevolgen hebben voor de financiële situatie van gemeenten. Er zullen andere keuzes moeten worden gemaakt.
In de huidige crisis acteert de Nederlandse overheid - van Rijk tot gemeenten - wendbaar, flexibel en veerkrachtig. Deze ervaring zal gemeenten helpen bij de maatregelen die tijdens een nieuwe crisis moeten worden genomen. Daarvoor is het noodzakelijk dat gemeenten nu proactief blijven handelen en de maatregelen nemen die nu genomen moeten worden. Hierbij is het essentieel dat de organisatiestructuur zodanig wordt ingericht dat deze is toegerust op de snel veranderende context en bijbehorende maatregelen.
Bovenstaande impactanalyse hebben wij ook gebundeld in een rapport, dat je hier kunt downloaden. De actualiteit verandert in snel tempo. Daarom updaten we deze pagina en het rapport elke twee weken.
Heb je, als gemeente, een concrete vraag over één of meerdere van bovengenoemde facetten? Of zit je met een ander vraagstuk? Vul dan onderstaand formulier in en een adviseur van ons neemt contact met je.